Het afgelopen jaar was een heel bijzonder jaar. Nu wordt dat
wel eens vaker gezegd maar voor 2015 geldt dit zeker.
Ten eerste hebben de decentralisaties, de grootste
hervorming sinds lange tijd, voor een
groot deel hun beslag gekregen en in Houten heeft dit niet tot noemenswaardige
problemen geleid. Dat is een prestatie van formaat en de VVD fractie heeft hier al meerdere malen haar waardering
voor uitgesproken. We vinden het op zijn plaats om ook bij de behandeling van
de jaarrekening dit compliment te herhalen voor college, ambtelijk apparaat en
misschien ook wel een beetje voor ons zelf als Raad.
Daarnaast heeft Houten het afgelopen jaar crisisnoodopvang
geboden voor vluchtelingen in sporthal de Wetering. Een inspanning van formaat
waarbij door geweldige inzet van gemeente én burgers we, zelfs langer dan door
het COA (Centraal Orgaan opvang Asielzoekers) gevraagd, opvang hebben geboden.
Ook zien we tot onze tevredenheid dat in de voorliggende
rekening een duidelijke kwaliteitsslag is gemaakt, ik verwijs naar het verslag
van de audit- en rekeningcommissie (ARC).
Ten slotte is een bijzonderheid dat wij als raad nu een voorlopige jaarrekening vaststellen. De oorzaak hiervan ligt buiten de invloedsfeer van de gemeente. De accountantsverklaringen van de Regionale Backoffice Lekstroom en de Sociale Verzekeringsbank voor wat betreft de persoonsgebonden budgetten (PGB’s) laten nog op zich wachten. We hebben in de collegebrief kunnen lezen dat het er naar uit ziet dat er geen goedkeurende verklaring komt over 2015 en dat we de wettelijke deadline voor het indienen van de (volledig) vastgestelde jaarrekening bij de provincie op 15 juli niet gaan halen.
Inhoudelijk wil ik graag ook nog enkele opmerkingen maken.
De VVD fractie
onderschrijft de opmerkingen uit het verslag van de ARC. Alleen ten aanzien van de conclusie dat het
jaarverslag “vooralsnog voldoet op het punt van het goed een oordeel kunnen vormen over het (door het
college) gevoerde beheer en beleid én wat het maatschappelijke effect hiervan
is geweest” is de VVD kritischer. Er ontbreken dermate veel cijfers bij
indicatoren dat m.n. op het kunnen vaststellen van de maatschappelijke effecten
er nog wel een serieus probleem ligt. Er zijn inmiddels ook op dit punt afspraken gemaakt, m.n. het
terugbrengen van de invloed van gegevens uit
‘de Monitor Sociale Kracht’, die alleen in de even jaren wordt
uitgevoerd. Wij zullen de uitvoering van de voorgestelde verbeteringen kritisch,
en waar mogelijk ook ondersteunend, volgen.
Daarnaast nog enkele vragen en opmerkingen over de diverse
programma’s:
Sociaal
In het deelprogramma Begeleiding (pagina 37/38) naar werk zijn resultaten opgenomen die voor Lekstroom gelden. Wij hebben gevraagd of deze ook voor Houten worden verstrekt, maar kregen als antwoord dat dit niet per gemeente wordt bijgehouden. Wij vinden dit wel belangrijk en dienen daarom hiervoor een motie in.
Vitaal
We zien dat minder dan de helft van de U-pas houders (p.49)
hiervan wel eens gebruik maakt. Is de U-pas wel een effectief instrument en
staan de kosten in verhouding tot de baten?
Op pagina 62 helemaal onderaan wordt gesteld dat: “met de
herijking van het minimabeleid gekeken MOET worden naar een verruiming van de
voorzieningen en de armoede en minimagrens die we als gemeente hanteren
waardoor onze burgers meer aanspraak kunnen maken op deze middelen”. Om te
beginnen vind ik dit niet thuis horen in de jaarrekening over 2015 en daarnaast
wordt hier al een conclusie getrokken waar volgens mij een inhoudelijke discussie
op basis van argumenten nog gevoerd moet worden.
De VVD blijft bezwaren houden tegen het verhogen van het
percentage oninbaarheid van de debiteuren WIL ondanks de toezegging dat er wel
aandacht blijft voor het innen van vorderingen.
Bereikbaar
Er komt een betere Openbaar Vervoer verbinding komt in de avonduren naar
Nieuwegein. Dit juich ik toe omdat ik
uit eigen ervaring weet hoe belangrijk dit is, bijvoorbeeld voor bereikbaarheid van
het Antonius ziekenhuis.
Mobiliteit is voor de VVD een belangrijk onderwerp. In de onlangs uitgevoerde meting
over het gebruik van de Limesbaan bleek dat dit achterblijft bij de prognose.
Wij denken dat dit m.n. komt door de letterlijk en figuurlijk halfslachtige
aansluiting op de A12. Wat is de status van het realiseren van de oostelijke
aansluiting op de A12?
Paragrafen
In de voorbereiding op deze behandeling hebben wij gevraagd
of er reeds aangegeven kan worden of de voorziene bezuinigingen door de
uitbesteding van belastingzaken aan de BghU, worden gerealiseerd? Het antwoord
hierop was dat het doel vooral was het
verminderen van kwetsbaarheid en niet om te bezuinigen. De werkelijkheid ligt toch echt anders omdat
naast Kwetsbaarheid en Kwaliteit de Kosten nadrukkelijk als criterium is gehanteerd, inclusief een
businesscase, oplopend naar een besparing van € 170.000 in 2019 (zie citaat
onderaan). Een businesscase is niet alleen belangrijk bij de besluitvorming
maar zou ook geëvalueerd moeten worden. Bovendien, en ik heb daar het verslag
van de raadsvergadering van 14 oktober 2014 nog eens op nageluisterd, heeft u
de VVD desgevraagd toegezegd: “u in te spannen om de terugverdientijd van de
frictiekosten te beperken tot deze collegeperiode en de Raad daarover te
informeren”. Ik wil u graag aan deze toezegging houden.
Een andere vraag betreft de rode cijfers in 2015 én 2016 van het Regionaal Historisch Centrum (pagina 169). Op de vraag wat gevolgen voor Houten zijn werd geantwoord: “geen er is nog voldoende reserve”. Dit is voor de VVD toch te kort door de bocht. Het lijkt er op dat we ons neerleggen bij zo’n tekort als er maar een reserve is, die bovendien mede door Houten is opgebouwd. Hoe gaan we zorgen dat de begroting weer in evenwicht komt?
Genoemd citaat :
“Bij toetreding tot de BghU zijn de kosten voor Houten in basis in 2015 ca. €100.000,- lager dan bij uitvoering in eigen beheer. Deze besparing loopt op tot ca. €170.000,- in 2019. Kijkend naar deze cijfers lijkt er direct financieel voordeel te ontstaan als we aansluiten bij de BghU. Dat is echter niet het geval als gevolg van frictiekosten in de overhead (huisvesting, ondersteunende diensten). Wij zijn ervan overtuigd dat er voldoende mogelijkheden zijn om deze frictie te reduceren, zodat de aansluiting in ieder geval budgetneutraal kan plaatsvinden. Door aansluiting bij de BghU is het bovendien mogelijk om gezamenlijk verdergaande maatregelen te treffen ter reductie van de kosten. De BghU heeft een begroting gemaakt die is gebaseerd op de kosten voor een startende onderneming. Juist een samenwerkingsverband op het gebied van belastingen heeft zich in den lande bewezen als een vorm van samenwerking waarbij het volume een positief effect heeft op de prijs. Dit komt voort uit het feit dat het een beleidsarm terrein is, waar schaalvoordelen te halen zijn op het gebied van inkoop, ICT en specialisatie. Naast de toetreding van de huidige vijf gemeenten wordt bovendien een verdere uitbreiding van de BghU nagestreefd. Het zelfstandig blijven uitvoeren van deze taak zou in Houten leiden tot noodzakelijke investeringen op het gebied van personeel en ICT. “