VVD Statement Begroting 2016

Onderstaand statement werd tijdens de begrotingsraad van 3 november uitgesproken door VVD raadslid Marcel Dagniaux

Op één dag na een jaar geleden sprak ik hier, twee wensen uit.

De eerste, staand aan de vooravond van de grootste stelselwijzing van de afgelopen tientallen jaren, betrof de wens dat wij in Houten op een succesvolle wijze, samen met alle betrokkenen, de decentralisaties goed zouden laten landen. Inhoudelijk geven alle signalen aan dat er in Houten weinig problemen zijn met mensen die tussen wal en schip vallen; een knappe prestatie. Ook wijze waarop wij als raad frequent worden meegenomen in de materie onder meer middels de klankbordgroep Sociaal Domein verdient wat de VVD betreft waardering.

Op financieel gebied ligt dit lastiger; er zijn nog grote onzekerheden. In de voorliggende begroting worden de kosten verbonden aan Jeugd, Participatie en WMO gekwalificeerd als open eind regelingen. Daarnaast zien we dat zorginstellingen hun informatievoorziening (nog) niet op orde hebben en de vraag is of dit in 2016 wel het geval zal zijn. Ik wijs hier bijvoorbeeld op het feit dat nu wij inmiddels 10 maanden onderweg zijn slechts een fractie van de kosten van de zorginstellingen daadwerkelijk is gefactureerd. Dit terwijl per 1 januari aanstaande de systematiek om moet klappen van “bevoorschotting” naar  “facturatie van geleverde zorg”. Graag horen wij van de wethouder hoe hij, en met hem de andere portefeuillehouders van Lekstroom, de zorginstellingen hiertoe gaan bewegen?

De tweede wens betrof de doorontwikkeling van de begroting met het maken van een kwaliteitsslag m.n. op het gebied van goede (effekt)indicatoren. Er is al het nodige hierover gezegd. Deels ontbreken de indicatoren doordat de aangekondigde, verplichte, indicatoren vanuit VNG niet op tijd gereed zijn. Weliswaar zijn er inmiddels afspraken gemaakt voor een raadsbijeenkomst over dit onderwerp maar het college heeft hier wel wat laten liggen. Dit maakt het voor ons als Raad extra lastig om kaderstellende en controlerende taken uit te voeren.

Bij de bespreking van de Perspectiefnota 2016 is de VVD schoorvoetend, onder de voorwaarde van een goed met te behalen resultaten onderbouwd plan van aanpak, akkoord gegaan met een extra impuls van € 750.000 voor de interne organisatie. Deze is opgebouwd uit een fasering (uitstel) van de bezuinigingsdoelstelling voor 2015 van €350.000 én €400.000 vanuit de beklemde reserve. De collegebrief van 21 oktober geeft voor ons onvoldoende concreet weer welke resultaten we hiermee gaan halen. Wij willen graag van de wethouder horen hoe de maatregelen verder geconcretiseerd worden en hoe deze bijdragen aan onder meer het wél halen van de taakstelling over de volgende jaren.

In de paragraaf weerstandsvermogen wordt het beschikbare weerstandsvermogen afgezet tegen een benodigd weerstandsvermogen in en een ratio. Het college geeft aan dat de score van 4 op deze ratio aangeeft dat de positie solide is. Dit wordt weliswaar genuanceerd met de opmerking dat er nog een aantal “open einde regelingen” zijn maar het college geeft hiermee onvoldoende blijk van de grote onzekerheden en de daarmee gepaard gaan financiële risico’s waar we mee te maken hebben. De kwalificatie “volgens de uitgangspunten als uitstekend te kwalificeren” en tijdens de RTG “we kunnen dus een stootje hebben” vinden wij niet op z’n plaats. Graag een reaktie van de wethouder hierop.

De fractie van VVD Houten vindt het belangrijk dat onze openbare ruimte voldoet aan de vooraf gestelde kwaliteitseisen. Het huidige niveau met betrekking tot onkruidbestrijding in de verharding past niet bij het beeldkwaliteit van Houten zoals wij dat graag zien en zoals die in 2012 is afgesproken bij het beeldkwaliteitskader. We zijn dan ook tevreden met de akties van de wethouder om een inspectie uit te laten voeren en maatregelen voor andere bestrijdingswijzen te laten onderzoeken. We willen aan de wethouder vragen om alert te blijven op het afgesproken gewenste niveau van de openbare ruimte, maar maken ons wel zorgen over het ontbreken van de exacte schatting van de benodigde middelen. Kan de wethouder aangeven hoe hij in regie blijft over de kosten voor het beheer van de openbare ruimte en het afgesproken kwaliteitsniveau, als wordt aangegeven dat een exacte schatting niet te maken is?

Tenslotte voorzitter, zien wij uit naar het moment dat er ruimte is voor een verlaging van de lokale lasten. Daarom de vraag aan de wethouder welke mogelijkheden hij ziet voor een verlaging van de lokale lasten in 2016.