Zorg & Welzijn

Inwoners van Houten, Schalkwijk, Tull en ’t Waal en ‘t Goy blijven het liefst zo lang mogelijk in hun eigen wijk of dorp wonen. We zetten daarom in op het bouwen van meer woningen waar je goed oud kunt worden en woonvormen waar ouderen bij elkaar kunnen wonen met zorgcentra in de nabijheid. Zo kun je met ondersteuning zelfstandig blijven wonen. Er zullen steeds meer personen met dementie in de openbare ruimte verblijven, daar hebben we aandacht voor. We onderzoeken wat ervoor nodig is om een dementievriendelijke omgeving in de wijken en kleine kernen te realiseren.

  • Een vergunning voor het aanpassen van een woning moet snel verleend worden als het bijdraagt aan langer zelfstandig wonen. Ook gaan we in gesprek met woningbouw-corporaties om bestaande woningen voor deze doelgroepen aan te passen en te investeren in de bouw van nieuwe woningen voor ouderen en mensen met een beperking. 
  • Nu al is zo’n 25% van de inwoners ouder dan 65 jaar. Over 10 jaar hebben vele van hen thuiszorg en een aangepaste woning nodig. Bij het maken van bouwplannen nu dient daarom rekening gehouden te worden met de toekomstige woonbehoeften van senioren in samenhang met het noodzakelijke aanbod van zorg.
  • Het aantal scootmobielen waarmee ouderen mobiel en actief blijven neemt gestaag toe, dit kan problemen met zich meebrengen wat betreft stalling en brandveiligheid bij seniorencomplexen. Wij willen dat de brandweer hier actief aandacht voor heeft en advies geeft aan de eigenaren van de gebouwen.
  • Brandveiligheid is een speerpunt van ons. Het zich bewust zijn van mogelijk brandgevaar, hoe te handelen en waarheen te vluchten moet bekend zijn bij de bewoners van ouderencomplexen. Voorlichting en oefeningen zijn daarbij essentieel. De gemeente zal daarom met name bij de ouderencomplexen toezien op naleving hiervan.
  • Zorg moet voor iedereen betaalbaar blijven. Daarom kijken we kritisch of de hulp die we geven passend is. We vragen inwoners van Houten, Schalkwijk, Tull en ‘t Waal en ‘t Goy om eerst binnen het eigen netwerk van familie, buren, en kennissen te zoeken naar ondersteuning, zodat het past bij hun wensen. Dat is goed mogelijk met een integraal persoonsgebonden budget (i-pgb).
  • Wanneer zorg nodig is, dan moet het snel beschikbaar en van goede kwaliteit zijn. Daarom spreken we met zorgorganisaties af hoelang dit mag duren. Als thuis wonen niet langer gaat, vinden we dat er binnen 3 weken opvang beschikbaar moet zijn. Thuiszorg wordt binnen 1 week geregeld.
  • We ontzorgen onze mantelzorgers. Er is een centrale plek waar mantelzorgers terecht kunnen met vragen en informatie, bijvoorbeeld een WMO-loket.
  • Welzijnsorganisaties onderhouden contact met mantelzorgers om overbelasting te voorkomen. Daarbij zetten we vrijwilligers in en organiseren we logeermogelijkheden om lucht te brengen. Het moet mogelijk zijn om laagdrempelig en in de eigen wijk hulp te krijgen. Huisartsenpraktijken, buurthuizen en sociale wijkteams spelen hierin een cruciale rol. Zo zorgen we voor basisondersteuning in het dagelijks leven.
  • De meeste mensen weten niet goed hoe ze om moeten gaan met iemand met dementie. Ze voelen zich ongemakkelijk en lopen misschien daarom liever door. De gemeente stimuleert via welzijnsorganisaties bewustwording en kennis hoe dementie te herkennen en hoe deze mensen te helpen.
  • Als volwassenen, kinderen of gezinnen zwaardere hulp nodig hebben, helpen wij hen daarheen op weg. Hiervoor kunnen mensen terecht bij praktijkondersteuners, de huisarts, en sociale wijkteams. Zij wijzen hen door naar de juiste ondersteuning.
  • Voormalig dak- en thuislozen en mensen met psychische problematiek hebben vaak moeite met het vinden van geschikte woonruimte. Hierdoor blijven zij langer in een instelling wonen dan nodig, waardoor er wachtlijsten ontstaan. We willen daarom meer zelfstandige woonvormen met ambulante begeleiding organiseren, zodat mensen eerder hun plek terugvinden in de samenleving.

Fijn opgroeien

Gelijke kansen en gelijke behandeling van al onze inwoners, en in het bijzonder van onze jongeren, staat hoog in het vaandel. Voor discriminatie, homofobie, antisemitisme en racisme is geen plek in Houten. Opgroeien gaat niet zonder horten en stoten. Van ouders verwachten wij dan ook verantwoordelijkheid voor het gezond opgroeien van hun kinderen. Wanneer hulp wel nodig is, focussen we ons op normaliseren. We plakken niet onnodig stickers en maken het niet zwaarder dan nodig. Het is niet de bedoeling dat kinderen die hulp krijgen, dit de rest van hun leven als last meedragen. 

  • Hulp bij preventie is erg belangrijk. Zo voorkomen we dat we zwaardere hulp moeten bieden. Problemen bij kinderen en gezinnen proberen we daarom zo vroeg mogelijk te signaleren. Sociale wijkteams, huisartsen, scholen en sportclubs hebben hierin een belangrijke rol. Met hen gaan we in gesprek om te zorgen dat deze aanpak zo effectief mogelijk wordt.
  • Wij willen kinderspeelplaatsen in samenspraak met omwonenden diverser maken zodat ook de jongste jeugd van 1-4 jaar voldoende mogelijkheden heeft om de motoriek te ontwikkelen. Ook willen we dat er voldoende zitplaatsen voor de (groot)ouders of andere begeleiders zijn. Hierdoor creëren we meer ontmoetingsplaatsen en wordt de sociale cohesie in de wijk vergroot.
  • Het basis- en voortgezet onderwijs is enorm belangrijk: het draagt voor een belangrijk deel bij aan goede en gelijke kansen voor alle kinderen om hun talenten te ontwikkelen. We faciliteren dat er voldoende onderwijsruimten zijn en dat het basis- en voortgezet onderwijs in een goede en veilige leeromgeving kan plaatsvinden.
  • Lokale evenementen voor kinderen zoals het jaarlijkse fladderen en de Koningsspelen zijn een groot goed voor kinderen en de gemeente blijft hierin ondersteunen.
  • We pakken de wachtlijsten in de jeugdzorg aan. Als kinderen extra hulp nodig hebben moet dat mogelijk zijn zonder dat zij maandenlang moeten wachten. Dat geldt zowel voor reguliere als voor hoog-specialistische jeugdzorg. Ieder gezin heeft één hulpverlener als aanspreekpunt. Dat creëert vertrouwen en maakt dat hulp effectief geboden kan worden.
  • Door niet alleen naar het kind te kijken maar naar problemen die kunnen spelen in het gehele gezin, kunnen de kinderen beter en effectiever geholpen worden.
  • We zorgen voor de aanwezigheid van voldoende jeugdprofessionals bij de huisarts. Zij zijn bekend met regionale zorgorganisaties en de behoeften van ouders en kinderen. Zo voorkomen we onnodige doorverwijzingen naar te zware hulp.
  • Het coronavirus heeft het belang van mentale gezondheid extra onderstreept. Door met scholen en sportverenigingen al vroeg in te zetten op het weerbaar maken van de jeugd en het bespreekbaar maken van mentale gezondheid, kunnen veel problemen worden voorkomen. Huiselijk geweld en kindermishandeling hebben de hoogste prioriteit. Waar signalen zijn van kindermishandeling (bijvoorbeeld bij meldingen van mishandeling van huisdieren) moet dit herkend worden door hulpinstanties. In deze situaties moet hulp altijd direct beschikbaar zijn.